Waarom circulair inkopen?
De Nederlandse overheid (Rijksoverheid, provincies, gemeenten en waterschappen) koopt voor circa 85 miljard euro aan producten en diensten in (2019). Dit is 15 procent van de totale inkoop van producten en diensten in Nederland. De klimaatimpact hiervan is zo’n 18 procent van de totale Nederlandse klimaatvoetafdruk: circa 22 megaton CO2-equivalenten. De inkoop van de overheid omvat zo’n 23 procent van het grondstoffenverbruik en 9 procent van het landgebruik van alle inkoop in Nederland (RIVM, 2021). Door circulair in te kopen kunnen overheden deze impact aanzienlijk verlagen.
Hoogwaardige grondstoffen worden schaarser en raken op den duur uitgeput. Het is dus van groot belang om de inzet van grondstoffen te minimaliseren, en producten en materialen beter herbruikbaar te maken. Bij circulaire inkoop zet je producten en materialen zo hoogwaardig mogelijk opnieuw in. Daardoor behouden ze hun waarde in gesloten kringlopen en daarmee is het een belangrijk instrument om aan een circulaire economie bij te dragen. Op landelijk niveau gaat dit specifiek over de productgroepen uit het Nationaal Programma Circulaire Economie (NPCE) (consumptiegoederen, kunststoffen, bouw, maakindustrie) en in zijn algemeenheid over klimaat, milieu, biodiversiteit en leveringszekerheid. Op regionaal/lokaal niveau draagt circulair inkopen ook bij aan de vastgestelde doelen op het betreffende niveau ten aanzien van grondstoffengebruik.
Bij circulair inkopen focust een organisatie op het optimaliseren van de grondstoffenstromen op drie manieren:
- Versmallen: het primaire grondstoffengebruik terugbrengen door minder materiaal te gebruiken of door te kiezen voor secundair of biobased materiaal, of zelfs om niet in te kopen;
- Verlengen: de levensduur van producten en componenten verlengen, bijvoorbeeld door onderhoud of het hergebruiken van producten en/of componenten;
- Sluiten: kringlopen sluiten door de gebruikte producten/materialen steeds opnieuw te hergebruiken waardoor het niet eindigt als afval.
Overheden committeren zich op verschillende manieren aan circulair inkopen
Steeds meer overheden verbinden zich aan afspraken om doelstellingen rond circulaire economie te halen en zetten daarbij circulair inkopen als instrument in. Een overzicht van deze afspraken en van de initiatieven is hier te vinden. De basis hiervoor is gelegd met het Grondstoffenakkoord uit 2017. Hierin is afgesproken dat we toewerken naar een volledig circulaire economie in 2050 en de inzet van de helft minder primaire grondstoffen in 2030. Het Manifest Maatschappelijk Verantwoord Opdrachtgeven en Inkopen (MVOI) 2021-2025 is erop gericht om (intern) opdrachtgeverschap en inkoopprocessen in te zetten om de doelen onder andere op circulariteit te behalen. Tot op heden hebben meer dan 118 organisaties zich hierbij aangesloten. Daarnaast zijn er op bestuurlijk niveau sectorspecifieke afspraken, zoals voor de infrastructuur en bouw, en zijn er regionale akkoorden. Deze laatste zijn vaak geïnitieerd vanuit het Rijk, provincies en/of grote gemeenten, maar zijn niet landsdekkend. Conclusie: aan bestuurlijke afspraken gericht op circulair inkopen geen gebrek.
Leidende principes voor circulair inkopen
Er is geen behoefte aan nieuwe bestuurlijke afspraken of doelen rond circulair inkopen. Wel is het van toegevoegde waarde om, voortbordurend op de diverse akkoorden en afspraken, een aantal leidende principes vast te stellen, gericht op het versterken van de uitvoeringspraktijk. Een rode draad die versnelling en een impuls kan geven en bijdraagt aan de implementatie en borging in de organisaties. Als je als organisatie deze leidende principes onderschrijft dan kan deelname aan het Manifest Maatschappelijk Verantwoord Opdrachtgeven en Inkopen (MVOI) 2021-2025 ondersteunen om de ambities van de organisatie door te vertalen in een openbaar actieplan voor MVOI.
De leidende principes voor circulair inkopen zijn:
- Circulaire uitgangspunten: Wij erkennen dat inkopen door en aanbestedingen van overheden fundamentele instrumenten zijn voor het halen van onze doelen op circulaire economie. Wij nemen daarom circulaire (ontwerp)principes mee in onze interne opdrachtverlening voor inkopen en aanbestedingen, waar relevant en proportioneel, bijvoorbeeld door de inzet van het Ambitieweb voorafgaand aan een project. Aandacht voor het minimaliseren van overbodige regels is daarbij van belang. We letten er hierbij op dat de interne opdrachtgevers, waaronder de eigenaars van onze assets en andere behoeftestellers, deze circulaire principes onderschrijven en meenemen in hun interne opdrachtverlening, toezien op de implementatie en borging, en hierover rapporteren via de reguliere verantwoordingslijnen van onze organisatie. De interne opdrachtverlening beperkt zich niet tot de inkoopfase, maar betreft ook de behoeftestelling (minder inkopen wanneer mogelijk), het beheer en gebruik van onze producten en assets en de afdanking voor hoogwaardige recycling en hergebruik.
- Circulair in de keten: Circulair inkopen door overheden draagt bij aan eenzelfde beweging binnen het bedrijfsleven. Zowel in hun rol als inkopende organisaties als marktpartijen. Overheden hebben daarbij een voorbeeldfunctie. Wij zetten ons waar mogelijk in dat alle partijen in de keten de circulaire principes ook omarmen en dat we van elkaar kunnen leren. Het instrument Buyer Groups – samenwerkingsverbanden tussen inkopende partijen die gezamenlijk een marktvisie opstellen en kennis uitwisselen om een sector te verduurzamen – is hiervoor een krachtig middel. We erkennen de diversiteit tussen de verschillende ketens en passen onze gezamenlijke aanpak hierop aan, waarbij we de innovatiekracht van regio’s en het mkb benutten. Lokaal wat lokaal kan, en internationaal wat internationaal moet. Hierbij zoeken we bovenlokaal de samenwerking op om impact te maken en pakken we knelpunten met de stakeholders op een doeltreffende manier aan.
- Kennis: We weten waarover we het hebben.
- We zorgen dat er voldoende kennis, kunde en capaciteit in huis is of zorgen actief voor het extern verkrijgen ervan.
- We delen kennis met elkaar, niet alleen over inhoud, maar ook over borging van circulaire ambities en inkoopactiviteiten in onze organisaties.
- We trekken samen op bij het vertalen van nationale en Europese wet- en regelgeving naar de eigen bedrijfsvoering, waarbij we uniformiteit creëren.
- In onze organisaties borgen we de opgedane kennis en stimuleren de ontwikkeling van nieuwe kennis, bijvoorbeeld in de vorm van experimenteerruimte in onze aanbestedingen.
- We maken hierbij gebruik van de diverse nationale en regionale netwerken via het Versnellingsnetwerk Circulair Inkopen (VCI).
- Monitoring en impact: We laten zien hoe en waar we impact hebben en sturen waar nodig bij.
- Door middel van monitoring op inspanning en effect laten we zien welke stappen gezet worden. Hiervoor is onlangs door de werkgroep MVOI van het ministerie van IenW het traject ‘Regie op Monitoring’ gestart. We zetten ons in om met de resultaten uit dit traject aan de slag te gaan binnen onze eigen organisaties.
- Door te communiceren en successen te delen – binnen de eigen organisaties en naar buiten – groeit kennis en draagvlak voor circulair inkopen en daarmee de impact die we maken.
- Bijdrage vanuit ieders rol: De deelnemende (koepels van) gemeenten, waterschappen, provincies en de rijksoverheid hebben ieder hun rol en positie om circulair inkopen en aanbesteden succesvol te maken. Zij werken onderling samen op basis van gelijkwaardigheid [#gelijkwaardig maar niet gelijksoortig]. Ieder draagt naar vermogen hieraan bij vanuit haar rol en expertise.